top of page
Search
  • Anne Wislez

In het oog van de storm

Updated: Mar 14, 2020





‘Is dat wc-papier van jou?’ vraagt de man achter me aan de kassa, en wijst op een pak dat aan het begin van de rolband is blijven liggen. ‘Oeps ja, vergeten’, zeg ik en grabbel het pak vast om het bij de rest van mijn boodschappen te leggen. ‘Dat zou lastig zijn, als je dat vergat’, moeit de vrouw achter de man zich in ons gesprekje. Zelf heeft ze wel drie kingsize pakken in haar kar liggen. Als Corona toeslaat, ben je maar beter voorbereid, moet ze hebben gedacht. ‘Op de wc zitten en geen papier meer hebben, dat wil je niet meemaken.’ ‘Ach’, knipoog ik. ‘Er zijn ergere dingen. En er is altijd nog water!’ Haar gezicht plooit zich in een grimas die het midden houdt tussen instemming en afschuw. ‘Het is vast een grap’, hoor ik haar denken.

Niet echt. Als je wat door de wereld hebt gereisd, dan weet je dat er inderdaad ergere dingen bestaan op deze planeet dan een leeg wc-rolletje, én dat water een heerlijke manier is om je billen schoon te krijgen. Als je dat een tijdje gedaan hebt, lijkt wc-papier je juist een achterhaalde smerige boel. Tot je bij thuiskomst ook daar weer aan went. Het is maar wat je gewoon bent.

Omdenken. We gaan het nodig hebben, bedenk ik als ik weer naar huis loop en mensen in hun elleboog zie hoesten en niezen.

Omdenken. We gaan het nodig hebben, bedenk ik als ik weer naar huis loop en mensen in hun elleboog zie hoesten en niezen. De wereld wordt geteisterd door plagen – van sprinkhanen tot vleermuisvirussen – en dat zal wellicht enkele vastgeroeste ideeën losweken. Dat werk voor alles gaat, bijvoorbeeld. Of dat kwetsbare mensen zichzelf maar moeten zien te redden. Of dat we als westerlingen zomaar recht hebben op van alles. We gaan onze agenda moeten omgooien. De gewone gang van zaken loslaten. Hier en daar wat missen. Ook dingen die ons een week geleden nog onmisbaar leken. En toch. Soms moet er iets heel lastigs gebeuren om mogelijk te maken wat we misschien stiekem al wilden: een einde maken aan een routine die al lang niet meer goed voelde. Maar die niet te doorbreken viel. ‘Business as usual, you know. We moeten toch realistisch blijven…’


Gek hoe een virus zo’n impact kan hebben op het wereldtoneel. Ineens worden er grenzen gesloten. Vliegtuigen gecancelled. Culturele voorstellingen afgelast. Lessen geschrapt. Winkels vergrendeld. En belandt uiteindelijk iedereen thuis, achter zijn laptop. Nu nog een cybervirus en we zijn gezien, bedenk ik, terwijl ik mijn boodschappen uitlaad. Stel je voor. Dan zitten we allemaal echt op onszelf. Incommunicado. Ingemetst in ons voorraadje voedsel en wc-papier. Overgelaten aan onze eigen gedachten. Stiekem naar de buren glurend die zich nog op straat wagen – van achter onze sanseveria, met een monddoekje om. Bang dat ‘het virus’ door een spleet in het venster alsnog binnen zou springen. Je weet maar nooit. Protectionisme krijgt zo weer een heel nieuwe betekenis. Blijf van mijn lucht af.

We moeten opletten voor het gemuteerd coronavirus, las ik ergens. Het gemuteerd coronavirus tast niet onze longen aan, maar onze hersenen. Het installeert zich in ons hoofd en vreet onze rust op, tot angst en wantrouwen overnemen. En we niet alleen huiverig zijn voor ziekte en dood, maar bang worden voor het leven zelf.


Hm. Geef mij dan maar dat 'omdenken', concludeer ik, terwijl ik me neerzet bij een kopje thee. Rustig in het oog van de storm blijven. Tijd nemen om te cocoonen. En ook durven zien wat dit hele circus ons kan brengen. Want in zekere zin vind ik het ook fantastisch wat er gebeurt. Als je ziet hoe we ons ineens mondiaal verbonden kunnen voelen. One humanity, one cause! Hoe regeringen ineens wél drastische maatregelen kunnen nemen die ons allemaal ‘aanbelangen’. Hoera, we kunnen het! Als we echt willen, kunnen we bergen verzetten. Van vandaag op morgen. Waar een wil is, is een weg.


Het is ook prachtig om die burgerzin te voelen. Let’s do this. Laten we even ons persoonlijk gemakje opzij zetten en er samen voor zorgen dat er geen rampen gebeuren. Laten we solidair zijn en gewoon even meewerken. In ons kot blijven en onze handen wassen. Het belang van oudere mensen vooropstellen. De belangrijke beroepen voorrang geven op die vele makebelieve jobs die ons zo interessant maken. Onze gezondheid laten voorgaan op economische belangen. En de kwetsbaren daadkrachtig beschermen zonder hen te blameren. Hoelang is het geleden dat we zulke aanmoedigingen kregen, massaal, van onze regering en onze media? Ik word er zowaar happy van. En glunder even stiekem in mijn elleboog.

Oh yes we can. We kunnen ons mondiaal scharen achter één groot belang. Het bewijs is er.

Oh yes we can. We kunnen ons mondiaal scharen achter één groot belang. Het bewijs is er. Ineens heb ik er weer vertrouwen in dat het ons ooit kan lukken – one day. Ooit zullen we ons massaal scharen achter één cause. En geen klein beestje deze keer. Iets massalers. Iets wat er nog meer toe doet. Iets wat groter is dan ons eigen kleine gemakje. Iets wat ieders inspanning vraagt: van de minister tot het kleinste kind. Omdat we besloten hebben dat we niet dood willen, maar volmondig willen leven. Geen tanathos, maar eros. Als we dit beestje kunnen aanpakken, dan ook alles wat verder nog ons voortbestaan bedreigt. Omdat we onze dierbaren nog lang volmondig willen kunnen zoenen. Omdat we een kind weer een wens in het gezicht willen kunnen blazen. Omdat we met onze vuile billen weer in proper water willen kunnen waden. Omdat we weer voorrang willen kunnen geven aan wat er echt toe doet.


Zou het kunnen dat zo’n virus dit keer niet zichzelf zal muteren – maar ons? Wie zal het zeggen. Ik bekijk het stiekem als een oefening. Een testje om te zien of het kan: de hele mensheid mobiliseren for life. We're in this together. Hopelijk blijft het zo.


6,232 views0 comments

Recent Posts

See All
bottom of page